Koninginnedag

Wanneer in de drukke winkelstraat vier oudere mannen in traditionele kiel hun vlegels op de dorsvloer laten knallen, met schuin boven hun hoofden de wagenwijde ramen waaruit bassen pompen en het balkonnetje waarop 3 jongens zich stoer gezien voelen, in de ene hand een glas bier en de andere arm deinend op het ritme, wanneer de werelddansgroep de met stokken vechtende kinderen met gemak overstemt maar het toch verliest van de sportschoolbeat daar weer naast, en wanneer duizenden dit alles tevreden ondergaan, dan weet je het zeker: het is koninginnedag.

Stalker

Voor het eerst in mijn leven zag ik een film die voorafgegaan werd door een inleiding. Stalker, van Andrei Tarkovsky. Die inleiding verklaarde niet veel meer dan dat er niet zo veel te verklaren is. Ieder ziet er het zijne in. Bij de een raakt de film een diepe snaar, voor de ander is het quasi-diepzinnige humbug. En voor mij is het een film zonder antwoorden, een gedicht voorzover een film een gedicht kan zijn, een avontuur gemaakt door een van de groten van de cinema.

Een Tarkovsky-aans fragment:

Zo werd het donderdag 26 april. De nacht was bijzonder zacht. De terrassen zaten vol, de stad gonsde en was vol van leven.

Het spinnetje

In afwachting van het seminar zat ik op een bankje aan het water en het was nog vroeg. Het meer lag vrijwel roerloos, de bladeren bewogen lichtjes in de wind, een meerkoetje zwom gedecideerd uit een rietkraag tevoorschijn en vergat even later waarom ook al weer. Ik mijmerde wat over de schoonheid van deze onnatuurlijke natuur, de vergankelijkheid van alles en de eeuwigdurende cyclus waarin alles toch zijn betekenis vindt, toen mijn oog viel op een spinnetje dat zich vanaf een uitbottende wilgentak naar de grond liet glijden. Plots veranderde het van richting ( was het door de wind?) en kwam bijna horizontaal mijn kant op zweven. Tenslotte legde het aan op mijn linker knie. Een pootje hield de onzichtbare draad vast, de andere pootjes tastten rond over de stof van mijn broek. Als zwarte speldenknopjes trilden de ogen op hun steeltjes. De terugtocht werd aanvaard. Zodra het spinnetje de anderhalve meter naar de wilgentak had afgelegd maakte ik mij voorzichtig los van wat misschien haar web zou worden en begaf mij naar het web waaruit mijn wereld bestaat.

Het nieuwe weer?

Vanochtend hoorde ik de Vlaamse weerman zeggen dat "deze regenzone jammer genoeg over de Noordzee wegtrekt". In plaats daarvan kondigde hij een uitdrogend zuidoostelijk windje aan.

Zij wilde mooi zijn

Eerder deze week haalde een 21-jarige vrouw het nieuws door te overlijden tijdens de liposuctiebehandeling die zij onderging. Dat is treurig. Natuurlijk zal de Inspectie een onderzoek instellen, en ook zal er discussie ontstaan over plastische/esthetische chirurgie in privxc3xa9klinieken. Maar het echte drama schuilt toch in het bericht dat de Telegraaf vandaag plaatst. De vriend van de vrouw verklaart daarin dat zij 54 kg. woog en meerdere keren per week sportte.

Wij leven onder het paradigma van de vrije wil. Wij zijn vrije mensen en daarom verantwoordelijk voor onze keuzes. Elders is dat niet of minder het geval, weten wij, reden waarom wij gewoontes van daar, waarnaar men zich uit eigen vrije wil zegt te voegen, zo haarscherp weten te ontmaskeren als onderdrukking. En dat soort onderdrukking kunnen en zullen wij hier niet tolereren. Omdat dat een belediging zou zijn van onze vrije wil.

Dus als een vrouw in Nederland, een vrouw met een gewicht van 54 kg., vindt dat er nodig wat vet van haar lichaam weggezogen moet worden, dan heeft dat niets te maken met een onderdrukkend schoonheidsideaal. Daarvoor zijn moderne vrouwen, zeg maar stoute vrouwen, immers helemaal niet gevoelig.

Mjn Albatros

Ergens in de eerste helft van de jaren tachtig (we spreken over de vorige eeuw) ging ik samenwonen met Doreen. Wij kochten natuurlijk een wasmachine. Een Zanussi Albatros. En sedert die dag waren wij onafscheidelijk, de Albatros en ik. Ruim twintig jaar deed hij de was voor mij.

Natuurlijk kon hij de veranderde opvattingen over de verhouding tussen ‘de was’ en het milieu niet bijbenen. Maar ik klopte hem bemoedigend op zijn bovenblad toen ik W hoorde klagen dat haar nieuwe machine zo weinig water gebruikt dat het waspoeder niet eens de kans krijg op te lossen. En dat het centrifugeren niet met 1200 toeren per minuut ging, daarover maken wij ons helemaal niet druk. Aan de lijn droogt de was immers toch wel.

Maar afgelopen maandag is er iets gebroken. Toen ik de was schoon en wel uit de trommel wilde halen merkte ik dat de trommel helemaal niet gedraaid had. De was was nat, maar slechts doordat verschillende keren nieuw water was ingenomen en weer uitgepompt. Waarschijnlijk is zijn V-snaar gebroken.

Zal dit het einde betekenen voor mijn Albatros?

Blogo ergo sum

Sedert een maand zet een computer ergens in de wereld telkens een puntje op de aardbol wanneer iemand vanaf die plaats mijn web-log vindt. (met dank aan Saskia) Het leuke daarvan vind ik dat je in een oogopslag ziet waar die bezoekers dan wel vandaan komen. In een maand tijd blijken er van ieder continent al minstens drie bezoekers te zijn geweest.

Natuurlijk zal vrijwel iedere bezoeker van buiten die grote rode stip, die inmiddels heel Nederland bedekt, niet veel van zijn/haar gading vinden; het Nederlands is toch geen wereldtaal. Wel is het zo dat ongeveer eenderde deel van mijn bezoekers mij vindt door middel van een zoekopdracht voor een afbeelding (terwijl er toch helemaal niet zoveel plaatjes zijn, zou ik denken).

Wereldkaart_weblog_bezoekers_1

Wat mij echter het meest verbaasd (nou ja) is het geringe aantal ‘hits’ van bezuiden de evenaar (die ik maar even ingetekend heb, omdat misschien meer mensen, net als ik, hem noordelijker hadden gedacht). En er zijn ten zuiden van dat zwarte lijntje echt wel 100.000.000 surfers actief. Waarvan er dus maar elf mijn web-log hebben weten te vinden. Ze weten niet wat ze missen!