Er was er weer een jarig, op de zaak. Dat gaat met koffie en gebak en gezellig samenzijn. Televisieprogramma’s zijn dan vaak het onderwerp van gesprek. Of liever: televisieshowprogramma’s en zeepopera’s . Of de boeken van Nicci French. Maar laat ik eerlijk zijn: iemand liet ook het woord ‘Verdonk’ vallen. En daar lag het, en we liepen er met een ruime boog omheen.
Een weblogger verklaarde haar voorkeur voor licht en luchtig. Daar is niets mis mee, maar samen met de tienvoudige en nadrukkelijke instemming in de reacties geeft het uitgangspunt naar mijn gevoel iets geforceerds: het mag niet alleen licht en luchtig zijn, het moet dat vooral ook blijven.
Ik hoorde een gesprek op de radio. Een wethouder uit Zeeland stelde plompverloren dat de mensen helemaal geen zin meer hebben in al die ‘grote thema’s’. Als ze maar weten dat stad en land goed bestuurd worden, dat vinden ze belangrijk, zei hij. En niemand sprak hem tegen, terwijl op die manier de bestaansreden van democratie wel erg gerelativeerd wordt. Zou het immers niet beter zijn het bestuur over te laten aan deskundigen? Alsof er zoiets als een waardevrije wereld bestaat!
Het lijkt alsof we liever niet meer willen weten dat we onderdeel uitmaken van een groter geheel. We houden ons uitputtend bezig met relationele kwesties en kunnen niet genoeg krijgen van vertier dat daarnaar verwijst. En voor een gesprek over hoe duur alles is en waar het dan toch nog een paar euro goedkoper te krijgen is, daarvoor zijn we wel te porren. In een van de rijkste landen ter wereld, Nederland, betaalt de overheid de burgers € 50,- , als tegemoetkoming voor de gestegen olieprijs.
Ons wereldbeeld verengt zich tot koopkracht en persoonlijke relaties.
Het nadrukkelijk zwijgen over ‘de grote thema’s’ , het ontwijken van het gesprek over de keuzes die met onze welvaart en ons welzijn samengaan, de cynicus zou kunnen beweren dat er een ‘ongewenst weten’ aan ten grondslag ligt.