Van Wedde naar Mussel

Dat was jammer. Ik had bedacht wat eten voor onderweg te kopen bij de Troefmarkt, volgens internet ook vandaag open, maar de winkel bleek toch al ter ziele. En ook de horeca trok zich niets aan van het feit dat het herfstvakantie is; ik vond alleen gesloten deuren. Zelfs het hek voor de Prot.Gem. kerk was op slot.

Kerk Wedde

Gelukkig had ik wel een peer meegenomen en een flesje koude koffie.

Buiten Wedde werd het meteen erg mooi. Ligt glooiend, vrij ruig land, rechts een paar bruine schapen, liggend op een rijtje, links een witte reiger die parmantig en ook ietwat wantrouwig van mij vandaan stapte. Even verderop een gedenksteen voor een van de ergste heksenjachten in de Nederlandse geschiedenis.
Nat was het ook, natter dan normaal. De Ruiten Aa stroomde flink en was hier en daar buiten zijn oevers getreden. Dat mag, als je een in oorspronkelijke staat teruggebrachte stroom bent, maar de wandelaar moet opletten dat hij geen natte voeten krijgt. Een keer lukte het mij niet een van mijn voeten droog te houden. Ter hoogte van Smeerling gaat het voetpad onder de Onstwedderweg door, samen met de Ruiter Aa. Twee meter moest ik overbruggen door van pol tot pol te springen en een pol bleek een neppol. Maar ja, als je van onder het brugje vandaan dit landschap in loopt ben je zo’n natte voet meteen vergeten.

Bij de Onstwedderweg

En helemaal als je honderd meter verderop Gasterij Natuurlijk ontmoet, waar ze een heerlijke volkoren sandwich voor mij hadden.

Vanaf hier liet ik de Ruiten Aa links liggen en wandelde een landschap in dat je eerder met Oost Groningen associeert. Vlakker, ruime akkers, een weide blik en mais.

Klei

Het werd wat grijs boven mij en de accu van mijn telefoon, waarin mijn kaart van het gebied, haastte zich plotseling naar 0 (de nieuwe is besteld). Naar het kanaal en dat volgen tot Musselkanaal, dat moet te doen zijn, leek mij nog, en toen liet mijn Fairphone mij in de steek.

Het is een mooi kanaal dat al in geen jaren een schip heeft mogen dragen. Zo ziet het er althans uit.Mussel A kanaalEn het is ook een heel eind naar Musselkanaal, vooral als het miezert.
Toen ik dan eindelijk bij een kruisende weg een wegwijzer vond was het nogal een domper te zien dat Musselkanaal nog 7 km. gaans was. Ik besloot te liften. Er kwamen geen auto’s. Nou ja, twee, maar die wilden mij niet meenemen. Dus verder langs het kanaal. Niet tot Musselkanaal, want eer je daar komt is er Mussel en in Mussel is een halte voor een bus. Die naar Stadskanaal.

Nog 35 minuten voor de bus komt. Auto’s zat hier en enorme trekkers die af en aan rijden met aanhangers vol verhakseld gewas. Het duurde nog een kwartier voordat een auto stopte. Een aardige vrouw uit Wedde, geboren Drentse, op weg van werk naar huis, bracht mij terug naar het dorp waar mijn wandeling begon. Nog best ver rijden, merkte ik tevreden op.
Een kwartier later verscheen bus 14 die mij naar Winschoten bracht, waar de trein 20 minuten op zich liet wachten. Gelukkig was het niet gaan regenen. Vanuit de trein zag ik een vurige zonsondergang.

De blik

In de krant (nrc) kwam ik deze foto (Martijn vd Griendt) tegen:

Oktoberfest

Jelle en Michiel laden bier in de bus waarmee zij naar het Oktoberfest in München zullen rijden. Een foto waarbij ik eerst dacht ‘het zal wel’, omdat ik niets heb met dat Zuid Duitse feest van bier en lederhosen.
Maar mijn oog bleef toch even plakken, in eerste instantie aan die rode ster. Eens het symbool voor de barre tocht naar de heilstaat, nu van Nederlandse biertrots. Zouden deze Oktoberfestgangers bang zijn dat het bier in München op raakt? Of zijn ze gewoon lid van het Heineken promotieteam?
Voor dat laatste pleit het overhemd van Jelle. Dat is duidelijk niet van hemzelf. De mouw is te kort en de schouders zijn te smal. Nog voor hij goed en wel op pad is is hij eruit gescheurd.

Maar wat deze foto bijzonder maakt is natuurlijk de blik die Michiel en Jesse uitwisselen. Die blik laat zien dat deze foto net zo goed een filmpje had kunnen zijn; er veranderde minuten lang niets aan het beeld. Ze hebben waarschijnlijk zo in elkaars blik staan verdrinken tot de buschauffeur hen met Amsterdamse tongval terug op het droge sommeerde. Die blik verraadt dat Jesse en Michiel nooit bij dat Oktoberfest zijn aangekomen; niet echt tenminste. En dat ze misschien wel nooit meer terugkomen in het Amsterdam waaruit ze vertrokken.

Ja jongens, zo gaat dat soms in het leven.